Dromen spreken in beelden en symbolen. Zonder uitleg raken ze iets essentieels en kunnen ze zich diep in je nestelen. Soms blijft één beeld hangen, zoals dat ook kan gebeuren bij een schilderij of een foto. Alsof het droombeeld of droomsymbool zegt: hier moet je zijn. Vaak weten we niet meteen wat ze betekenen. Ze lijken vreemd, onsamenhangend of simpelweg ongrijpbaar. Toch zijn ze niet willekeurig. Ze dragen iets in zich: een boodschap, een gevoel, een innerlijk weten dat gezien en gevoeld wil worden. Wat dat precies is, ontdek je meestal pas als je ermee aan het werk gaat. Dat kan op verschillende manieren. Je kunt je lichaam inzetten: je verplaatsen in een droomsymbool of droomscène en van binnenuit voelen wat het met je doet. Maar je kunt ook creatief werken met je dromen en droombeelden door ze te tekenen, schilderen, boetseren, of op een andere manier vorm te geven. Met je handen, je ogen, je volle aandacht. En precies dáár, in dat creatieve contact, begint het te leven. Dan opent zich iets.
Ik ben in een landhuis. Op de bovenverdieping kijk ik vanaf een balustrade naar beneden. Daar zit mijn kat, die me uitnodigt te komen. Naast hem rammelt een witte kastdeur. Er komt een krachtige, vertrouwde en fijne energie uit, alsof de deur elk moment kan openbarsten. Ik open hem en zie een kleine kleurrijke totempaal, bewerkt met vier gezichten of afbeeldingen. Iets in mij weet: deze totempaal is voor mij, een cadeau van degenen die mij voorgingen.
De totempaal en het krachtdier
Ik droom deze droom tijdens mijn tweede opleidingsjaar bij het ITIP. Al ruim een jaar ben ik werkloos en voel ik me steeds uitgeputter en moedelozer. Het lukt niet om werk te vinden. Op een avond zeg ik hardop: “Als er iets of iemand is, help me dan. Ik weet het niet meer.” Kort daarna krijg ik deze droom.
Een groepsgenoot raadt me aan om de totempaal te tekenen. Dat doe ik. Terwijl ik teken, begint de paal steeds meer tot leven te komen. De ogen en de snavel doen me denken aan een uil. Mijn kat, die ook in de droom verscheen, teken ik ernaast. Beide dieren intrigeren me. Ik besef dat ze me meer te vertellen hebben en ga op zoek naar hun betekenis als krachtdieren. Wat ik daarover vind, schrijf ik op.
Samen met mijn begeleider bespreek ik de tekening. We staan stil bij de kracht en energie die eruit spreekt: de kleuren, de ogen, de harten, de dieren. Ze zegt: “Dat ben jij. Blijf er maar naar kijken en laat het toe in je lichaam. Het zal je verrijken, kracht geven, helpen.” Ik neem haar woorden ter harte. Mijn vertrouwen groeit. Ik solliciteer op een baan die als vanzelf op mijn pad komt en word aangenomen. Licht, natuurlijk, alsof ik word geholpen…

De kracht van creatief werken met dromen
Een droombeeld tekenen, schilderen of kleien helpt je om er op een andere manier naar te kijken. Je geeft het vorm van binnenuit en juist daardoor ontstaat er iets nieuws. Het beeld komt tot leven, en jij gaat kijken, voelen, luisteren. Wat eerst verborgen was, laat zich zien.
De oermoeder
Sinds ik mijn droom over de totem op deze manier vorm gaf, ben ik vaker creatief gaan werken met mijn dromen. Zo klei ik een beeldje van moeder en kind, na een droom die me confronteert met mijn onvervulde kinderwens. Wat eerst verdriet en pijn oproept, brengt me ook in contact met iets ‘oers’: een kiem in mij die wil zorgen, verbinden en liefde geven. Iets dat altijd al aanwezig was, maar lange tijd geen vorm kreeg. Door het beeld te maken, krijgt de oermoeder in mij een gezicht. Sindsdien zie ik haar steeds vaker terug in mijn leven en in mijn werk. Een zielsverlangen in mij, een roep van binnenuit, die steeds helderder spreekt en vorm krijgt.

De vrouw en haar zoon
Niet lang daarna droom ik dat een vrouw me vraagt mijn hart te offeren en met haar mee te gaan naar een mausoleum, om haar zoon tot leven te brengen. Maar hij blijkt helemaal niet dood. Hij is blij dat ik naar haar heb geluisterd. Ik voel: dit is niet zomaar een droom. Wanneer ik deze droom onderzoek met mijn derdejaars begeleider, wordt de betekenis helder: ik word geroepen om mijn hart, mijn liefde, zorgzaamheid en mededogen in te zetten om anderen verder te helpen. De tekening die ik naar aanleiding van deze droom maak, verdiept dat besef. Door het beeld op papier te zetten, verbind ik me niet alleen verstandelijk, maar ook gevoelsmatig met de droom. De boodschap daalt dieper in. Ik voel: dit is wat ik te doen heb.
De roze kikker
Tot slot deel ik onderstaande tekening van de roze kikker. In de periode dat ik over hem droom, ben ik naar steeds meer mensen open over een deel van mijn leven dat ik lang verborgen heb gehouden. Een deel waarin ik me anders voelde dan anderen. Jarenlang draag ik dat in stilte met me mee, uit angst om er niet bij te horen. Er zat schaamte op; op het gevoel niet te voldoen aan de norm van het hebben van een relatie. De kikker herinnert me eraan dat het oké is om anders te zijn dan anderen en mijn eigen pad te lopen. Dat juist in het delen van wat onzichtbaar is en waarvan je bang bent dat anderen daar iets van vinden, iets nieuws en onverwachts tot leven kan komen. Het maakt me een heler en completer mens.

Wat droombeelden je kunnen vertellen
De totempaal, de moeder met kind, de vrouw die hulp vraagt voor haar zoon, de roze kikker. Ze nodigden me uit om stil te staan, te voelen, te luisteren en te ervaren. Het verbeelden hielp me hun boodschap dieper te doorvoelen.
Misschien heb jij ook zo’n droom. Een beeld dat je bijblijft. Je hoeft niet meteen te weten wat het betekent. Ga creatief werken met je dromen en droombeelden. Teken ze, beschrijf ze, voel wat ze met je doen. Ook als je niet kunt tekenen, schilderen of kleien. Laat je gaan, volg je gevoel. Deel het, onderzoek het samen.
Soms ontdek je pas echt wat een droom betekent als je hem uitspreekt in contact met een ander. Een dromengroep kan daarin heel voedend zijn, een plek waar dromen tot leven en betekenis komen. Want vaak zit de betekenis niet in de uitleg, maar in de ontmoeting: met jezelf, met het beeld, het symbool en met wat zich daarin wil laten zien.
Heb jij je droombeelden en symbolen wel eens verbeeld? Wat leverde het je op aan inzichten? We horen het graag.
Door: Ilse van der Jagt